Lutz Taufer (1944)

Lutz Taufer is een voormalige terrorist van de terreurorganisatie Rote Armee Fraktion (RAF). Hij behoorde tot de zogenaamde tweede generatie RAF-leden. Hij was betrokken bij de gijzelingsactie in de West-Duitse ambassade in Stockholm, waarbij twee diplomaten om het leven kwamen en 13 ambassademedewerkers gewond raakten. In 1977 werd Taufer veroordeeld tot twee levenslange gevangenisstraffen. In 1995 kwam hij vrij.

Jeugd en studie

Dood Benno Ohnesorg in 1967 en de noodwetten

Socialistisch Patiëntencollectief Heidelberg

Mysterieuze schietpartij in Wiesenbach

Wolfgang en Ursel Huber

Aansluiting bij de RAF

Arrestatie en veroordeling

Contact met Eva Haule

Kinkel-Initiatief

Vrijlating

Uruguay en Brazilië

Over Grenzen: Van de ondergrondse naar de favela

 

Jeugd en studie

Lutz Taufer werd op 26 maart 1944 geboren in Karlsruhe. Hij groeide op in het naoorlogse West-Duitsland, in een gezin dat zich duidelijk tegen Adolf Hitler en het nationaalsocialisme had gekeerd. Halverwege de jaren ’60 ging Taufer psychologie studeren en werd hij actief binnen de studentenbeweging. Veel jongeren waren in die periode bezorgd over de oorlog in Vietnam en boos over het feit dat de Amerikanen door de West-Duitse overheid werden gesteund. Daarnaast vreesden de studenten een nieuw opkomend fascisme in de Bondsrepubliek. Na de Tweede Wereldoorlog was het land nooit helemaal gezuiverd van de nazi’s en veel oorlogsmisdadigers bekleedden nog steeds hooggeplaatste functies in de Bondsrepubliek. Zelfs binnen de rechterlijke macht waren nog oud-nazi’s actief. Een aantal van hen maakten na de oorlog nog een glansrijke carrière.

 

Dood Benno Ohnesorg in 1967 en de noodwetten

Eind jaren ’60 werd het wantrouwen van veel studenten ten aanzien van de West-Duitse staat steeds groter. Vooral de dood van student Benno Ohnesorg in 1967, die door een politieagent in West-Berlijn werd doodgeschoten tijdens een demonstratie, zette veel kwaad bloed onder jongeren. Ook de voorgenomen invoering van de zogenaamde noodwetten (Notstandsgesetze) die het kabinet onder leiding van bondskanselier Kurt Georg Kiesinger diezelfde periode in werking wilde laten treden, viel bij de studenten niet in goede aarde.

Parlement buiten spel zetten

Met deze noodwetten kon de Duitse regering in bepaalde situaties, het parlement buitenspel zetten. Dat deed veel studenten denken aan de Rijksdagbrandverordening en de Machtigingswet van 1933, waarmee belangrijke burgerrechten werden ingeperkt en de Rijksdag buitenspel werd gezet. Hierdoor kwam er een einde aan de democratie in de Weimarrepubliek – zoals Duitsland toen heette – en kon Hitler de absolute macht grijpen. De studentenprotesten werden steeds feller en ook de jonge Lutz Taufer deed mee aan demonstraties van de socialistische Duitse Studentenbond (SDS).

 

Socialistisch Patiëntencollectief Heidelberg

In 1970 sloot Lutz Taufer zich aan bij het Socialistisch Patiëntencollectief (SPK) in de universiteitsstad Heidelberg. Het SPK was een marxistisch georiënteerde radicale beweging, die kritiek uitte op de medische wereld en dan met name op de psychiatrie. Zo waren leden van het SPK ervan overtuigd dat psychiatrische aandoeningen voor het overgrote deel werden veroorzaakt, door de westerse kapitalistische consumptiemaatschappij. Ze vonden dat artsen hun macht misbruikten en dat de psychiatrie probeerde om mensen weer ‘fit’ te maken voor een ‘zieke’ samenleving.

Nog extremistischer

Het voornaamste doel van het SPK was om erachter te komen waarom mensen zich eenzaam, geïsoleerd en depressief voelen en welke omstandigheden daar precies aan bijdragen. In 1970 had het collectief rond de 150 leden. Vanuit de maatschappij was veel kritiek op de aanhangers van het SPK. En ook de medische wereld wees hun bizarre opvattingen resoluut van de hand. De afwijzing vanuit de samenleving zorgde er deels voor dat veel SPK-leden nog extremistischer werden in hun overtuigingen.

 

Mysterieuze schietpartij in Wiesenbach

De SPK-leden raakten nog verder geradicaliseerd, toen een lid van hun beweging in het voorjaar van 1971 zelfmoord pleegde. De leden van het collectief gaven de tegenstanders het SPK hiervan de schuld. De tegenstanders van het Socialistisch Patiëntencollectief zouden met hun lastercampagne en uitsluitingstactieken het klimaat hebben gecreëerd, waarin dit kon gebeuren. Vervolgens voerden de SPK-leden actie door het herhaaldelijk bezetten van instellingen van het universiteitsbestuur in Heidelberg.

Baader-Meinhof-Groep

In de zomer van 1971 werd het SPK verdacht van het verlenen van steun aan de Rote Armee Fraktion, die toen nog vooral bekend stond als de ‘Baader-Meinhof-Groep’. Op de vroege ochtend van 24 juni 1971 vond er een mysterieuze schietpartij plaats bij een verkeerscontrole van de politie in Wiesenbach, iets ten oosten van Heidelberg. De schutters ontsnapten zonder dat de politie hen had kunnen identificeren. Omdat de autoriteiten het vermoeden hadden dat er een link was met de Baader-Meinhof-Groep, werden het hoofdkwartier van het SPK en de woningen van SPK-leden grondig doorzocht.

 

Wolfgang en Ursel Huber

Bij de invallen werden een aantal leden van het SPK door de West-Duitse politie gearresteerd. Een maand later trof de politie bij nieuwe invallen tal van wapens, explosieven en vervalste papieren aan. Wederom werden er SPK-aanhangers opgepakt en er volgden een aantal rechtszaken tegen hen. Ook de SPK-oprichter en arts Wolfgang Huber en zijn vrouw Ursel werden gearresteerd. In een door hen gehuurde kelder werd materiaal gevonden voor het produceren van explosieven en apparatuur voor het vervalsen van identiteitsdocumenten.

Het SPK wordt ontbonden

Vervolgens werd het Socialistisch Patiëntencollectief ontbonden. Wolfgang Huber had zich op dat moment al publiekelijk solidair getoond met de Baader-Meinhof-Groep/Rote Armee Fraktion. Huber en zijn vrouw werden in december 1971 veroordeeld tot een gevangenisstraf van vier en een half jaar, wegens lidmaatschap van een criminele organisatie. Wolfgang Huber verloor zijn medische vergunning en mocht niet meer als arts werken. In januari 1976 kwam het echtpaar Huber weer op vrije voeten.

 

Aansluiting bij de RAF

Na de ontbinding van het Socialistisch Patiëntencollectief sloten veel SPK-leden zich aan bij de RAF. Zo ook Lutz Taufer. Hij was betrokken bij tal van gewelddadige acties. Op 25 april 1975 nam hij deel aan de gijzelingsactie in de West-Duitse ambassade in het Zweedse Stockholm. Bij deze terreurdaad werden twee Duitse diplomaten in koelen bloede doodgeschoten. Op het moment dat de Zweedse politie voorbereidingen trof om de ambassade te bestormen en de terroristen uit te schakelen, gingen er per ongeluk een aantal explosieven voortijdig af. De RAF-terroristen Ulrich Wessel en Siegfried Hausner raakten hierbij zwaargewond en overleden later aan hun verwondingen.

 

Arrestatie en veroordeling

Tien ambassademedewerkers en vier RAF-terroristen liepen zware brandwonden op. Het is nooit precies opgehelderd waarom de explosieven waren afgegaan. Hans-Joachim Klein (een terrorist van de linkse West-Duitse terreurgroep ‘Revolutionaire Cellen‘) verklaarde later dat een van de terroristen was gestruikeld over een draad, waardoor het elektrische ontstekingsmechanisme werd geactiveerd. Dit is echter nooit officieel vast komen te staan. Lutz Taufer werd samen met Karl-Heinz Dellwo, Bernhard Rössner en Hanna Krabbe door de Zweedse politie gearresteerd. Alle vier werden ze op 20 juli 1977 veroordeeld tot tweemaal levenslange gevangenisstraffen voor de gijzelingsactie an sich en de gezamenlijke moorden op de diplomaten.

 

Contact met Eva Haule

Lutz Taufer werd eerst vastgezet in de gevangenis van Celle in de deelstaat Nedersaksen. Later werd hij overgebracht naar de gevangenis van Schwalmstadt in de deelstaat Hessen. In deze laatste gevangenis werd Taufer opgevangen door de sociaal-pedagoge Eva Haule, die zich ontfermde over gedetineerde gevangenen van de terreurgroep 2 Juni-Beweging en de Rote Armee Fraktion. Haule stond in contact met links-radicalen uit de Berlijnse krakersscene en zou zichzelf later ook ontwikkelen tot een terroriste. In die hoedanigheid maakte ze deel uit van de zogenaamde derde generatie van de RAF, die vooral in de jaren 80 gewelddadige aanslagen pleegde in de Bondsrepubliek.

 

Kinkel-Initiatief

In 1992 bood de toenmalige federale minister van Justitie Klaus Kinkel de RAF-gedetineerden gratie aan, wanneer zij voortaan zouden afzien van terreuracties en het geweld definitief zouden afzweren. Dit aanbod van de Duitse overheid werd bekend als het ‘Kinkel-Initiatief’. Doordat een deel van de RAF-gevangenen positief stond tegenover het aanbod, maar een ander deel van de gevangen RAF-leden het aanbod resoluut afwees, ontstond er een scheuring binnen de terreurorganisatie. Zo wilde Lutz Taufer het aanbod wél accepteren, maar andere terroristen (zoals RAF-leidster Brigitte Mohnhaupt) voelden hier niets voor.

 

Vrijlating

Door de acceptatie van het aanbod en het afwijzen van geweld, droeg Lutz Taufer volgens het Duitse Openbaar Ministerie bij aan de uiteindelijke ontmanteling van de Rote Armee Fraktion. Desondanks weigerde de hogere regionale rechtbank van Düsseldorf op 11 februari 1993 het vonnis van Taufer op te schorten, omdat hij had niet wilde meewerken aan een psychiatrisch onderzoek. Ook de vonnissen van de RAF-gevangenen Karl-Heinz Dellwo en Hanna Krabbe werden opgeschort. Twee jaar later op 26 april 1995 werd Lutz Taufer alsnog vervroegd vrijgelaten uit de gevangenis.

 

Uruguay en Brazilië

Na zijn vrijlating woonde Lutz Taufer een tijdje in Hamburg. Aan het einde van de jaren 90 emigreerde hij naar Uruguay waar zijn zus woonde. Daar ontmoette hij oud-leden van de voormalige terroristische guerrillabeweging Tupamaros, die in zijn jeugd een belangrijke inspiratiebron voor hem was geweest. In 2002 verhuisde Taufer naar Brazilië, waar hij in aanraking kwam met de ellende in de krottenwijken. Getroffen door de schrijnende armoede en onmenselijke omstandigheden aldaar, besloot hij om te gaan werken voor een Duitse ontwikkelingsorganisatie. Tien jaar later – begin 2012 – keerde hij terug naar Duitsland en ging hij in Berlijn wonen.

 

Over Grenzen: Van de ondergrondse naar de favela

In 2017 publiceerde Lutz Taufer zijn autobiografie ‘Over Grenzen: Van de ondergrondse naar de favela’. Daarin vertelt hij op een ingetogen en indrukwekkende manier over zijn radicaliseringsproces tijdens zijn studentenjaren, en beschrijft hij zijn ervaringen met het Socialistisch Patiëntencollectief in Heidelberg. Daarnaast laat hij zijn licht schijnen op de gebeurtenissen in Stockholm. Ook de periode na zijn vrijlating en zijn ervaringen in Zuid-Amerika komen aan bod. Deze autobiografie geeft een goed beeld van wie Lutz Taufer was en wat zijn drijfveren destijds waren, om zich aan te sluiten bij een gewelddadige organisatie zoals de RAF.

 

Lees ook:

Een volledig overzicht van RAF-terroristen

 

Terug naar boven ↑