Vervaardiging RAF-bommen
Bernhard Braun is een voormalig terrorist van de terreurorganisatie Rote Armee Fraktion (RAF). Hij behoorde tot de zogenaamde eerste generatie RAF-leden. Braun nam deel aan de bomaanslag op de Amerikaanse legerbasis in Heidelberg en zou een belangrijke rol hebben gespeeld bij de fabricage van de explosieven. In 1974 werd hij veroordeeld tot vier en een half jaar gevangenisstraf wegens lidmaatschap van een terroristische organisatie. In 1979 werd hij alsnog veroordeeld tot 12 jaar cel voor zijn betrokkenheid bij de aanslag in Heidelberg.
Tupamaros West-Berlijn en 2 Juni-Beweging
Gijzelingsactie West-Duitse ambassade in Stockholm
Tupamaros West-Berlijn en 2 Juni-Beweging
Automonteur Bernhard Braun kwam al vroeg in contact met de Rote Armee Fraktion. Eerder had hij al banden met de West-Berlijnse marxistische terreurgroep ‘Tupamaros West-Berlijn’, die eind jaren 60 verschillende bomaanslagen en brandstichtingen uitvoerde op West-Duits grondgebied. Daarnaast had Braun ook contact met leden van de anarchistische terreurgroep ‘2 Juni-beweging’, die zich ook schuldig maakte aan tal van gewelddadige acties, waaronder bankovervallen en ontvoeringen.
Aanslag in Heidelberg
Op 24 mei 1972 zou Braun betrokken zijn geweest bij de bomaanslag op het Europese hoofdkwartier van het Amerikaanse leger in Heidelberg. Hierbij kwamen drie soldaten om het leven en raakten zeker vijf mensen gewond. Bij de krachtige explosie raakten het gebouw en tal van auto’s die op het terrein stonden geparkeerd zwaar beschadigd. De chaos was enorm. De bomaanslag in Heidelberg maakte deel uit van een reeks RAF-aanslagen die bekend staat als het zogenaamde ‘Mei-offensief’. Deze golf van terreur maakte voor iedereen duidelijk dat de Bondsrepubliek te maken had, met een zeer gewelddadige nietsontziende terreurorganisatie.
Arrestatie in West-Berlijn
Na de reeks aanslagen tijdens het Mei-offensief hadden de Duitse autoriteiten, een ware klopjacht geopend op de daders. Tussen 1 juni 1972 en 9 juli 1972 werden de kopstukken van de Rote Armee Fraktion op verschillende locaties in de Bondsrepubliek opgepakt. Hieronder waren Andreas Baader, Jan-Carl Raspe, Holger Meins, Gudrun Ensslin, Ulrike Meinhof, Gerhard Müller, Klaus Jünschke en Irmgard Möller. Op 9 juni 1972 werd de 26-jarige Bernhard Braun samen met het 22-jarige RAF-lid Brigitte Mohnhaupt gearresteerd in West-Berlijn, nadat ze door een patrouillerende politieagent werden herkend. Ze boden geen verzet tijdens hun aanhouding, ondanks het feit dat Braun en Mohnhaupt beide gewapend waren. Ze droegen niet alleen een geladen vuurwapen bij zich, maar waren ook in het bezit van een handgranaat. Bernhard Braun zou een belangrijke rol hebben gespeeld bij de fabricage van explosieven, die bij verschillende RAF-aanslagen werden gebruikt.
Veroordeling
Op 30 augustus 1974 werd Braun door de rechtbank in West-Berlijn veroordeeld tot een gevangenisstraf van vier en een half jaar, wegens lidmaatschap van een terroristische organisatie. Brigitte Mohnhaupt kreeg dezelfde straf opgelegd.
Gijzelingsactie West-Duitse ambassade in Stockholm
Braun was een van de 26 RAF-gevangenen waarvoor vrijlating werd geëist tijdens de gijzelingsactie in de West-Duitse ambassade in Stockholm op 24 april 1975. De West-Duitse autoriteiten gingen echter niet in op de eisen van de RAF-terroristen en de gijzelingsactie liep uit op een menselijk drama. Er werden twee diplomaten doodgeschoten en doordat er per ongeluk meerdere explosieven afgingen, raakten tal van ambassademedewerkers gewond. Tevens kwamen er bij deze explosies ook twee RAF-leden om het leven. De overige terroristen werden gearresteerd en uitgeleverd aan de Bondsrepubliek. De 26 RAF-gevangenen – waaronder Bernhard Braun – bleven achter slot en grendel zitten. Op 31 mei 1979 werd Bernhard Braun door de rechtbank in Stuttgart alsnog tot 12 jaar cel veroordeeld, voor zijn deelname aan de bomaanslag op de Amerikaanse legerbasis in Heidelberg.
Lees ook:
Een volledig overzicht van RAF-terroristen